Zoon of schoonzoon?
Als Erik, die al diverse jaren op het makelaarskantoor van zijn ouders werkt, terugkomt van een bezichtiging, ziet hij zijn vader naar hem wenken.Omdat hij zich niet kan voorstellen dat er iets bijzonders is, loopt hij met vrolijk gezicht naar zijn pa toe.
‘Zeg het eens.’
‘Heb je even?’
‘Jawel. Duurt het lang?’
‘Dat ligt aan jou.’
Erik haalt zijn schouders een keer op, want hij heeft nog steeds geen flauw idee wat er aan de hand kan zijn. Als hij een paar tellen later tegenover zijn vader zit, wordt hem dat echter heel snel duidelijk.
‘Erik, je weet dat de gezondheid van je moeder wat te wensen overlaat en het werk begint mij trouwens ook steeds meer energie te kosten. Daarom heb ik besloten om per 1 januari van het komende jaar van het leven te gaan genieten en het bedrijf aan jou te verkopen. Je hebt inmiddels namelijk ervaring en capaciteiten in overvloed om het succes van onze makelaardij verder uit te bouwen en wat de prijs betreft komen we er wel uit.’
Het blijft heel even stil, want de woorden van zijn vader komen voor Erik als een enorme verrassing. Hij wist natuurlijk wel dat zijn moeder wat kwakkelde met haar gezondheid, maar had niet verwacht dat dit voor zijn vader de aanleiding zou zijn om het rustig aan te gaan doen.
Hoewel hij zeker begrip heeft voor die stap, moet hij er niet aan denken om eigenaar van het makelaarskantoor te worden.
Ten eerste omdat hij niet voortdurend met de zorgen van een ondernemer wil zitten, maar ten tweede ook en misschien wel vooral omdat hij de rest van zijn leven geen makelaar wil blijven.
Volgens hem heeft hij dit trouwens ook al meerdere keren tegen zijn vader gezegd, maar die blijkt zijn woorden dus niet heel serieus te hebben genomen en eigenlijk verbaast hem dit niet.
Zijn pa is immers nog van de oude stempel en meent dat zijn wil wet is. Niet alleen voor zijn vrouw, maar ook voor zijn kinderen en zelfs kleinkinderen.
Omdat de familie hem accepteert zoals hij is, heeft dit tot op heden nog nooit tot problemen geleid. Nu het over de voortzetting van de makelaardij en dus zijn toekomst gaat, denkt Erik er echter geen moment over om de wens van zijn vader in te willigen. Hij besluit hier ook meteen maar duidelijk over te zijn.
‘Pa, ik begrijp en waardeer het dat je voor ma en een rustige oude dag kiest. Jullie hebben trouwens ook lang en hard genoeg gewerkt. Voor wat het overnemen van de zaak betreft moet ik je echter teleurstellen. Ik wil namelijk absoluut geen eigen baas zijn en verder is het niet mijn bedoeling om de rest van mijn leven makelaar te blijven.’
Eriks vader kijkt zijn zoon nogal geschrokken aan.
‘Jongen, je weet niet wat je zegt. Het bedrijf draait namelijk geweldig en wat is er nu mooier dan veel huizen te verkopen en overal in de omtrek borden met jouw naam erop te zien staan.’
‘Pa, ik weet dat jij dit geweldig vindt en ook dat je er geen problemen mee hebt om bijna de hele week met je bedrijf bezig te zijn. Ik denk daar echter anders over. Natuurlijk is het geen straf voor me om te werken, maar ik vind het ook geweldig om er voor mijn vrouw en kinderen te zijn. Plus dat ik geen zin heb in al die zorgen van het ondernemerschap. Het bedrijf draait nu perfect, maar er kunnen ook mindere tijden komen en ik heb geen om me dan zorgen te moeten maken of alles wel doordraait.’
‘Tjonge Erik, dit is echt een enorme tegenvaller voor me. Ik had namelijk nooit verwacht dat ik mijn bedrijf aan een vreemde zou moeten verkopen omdat mijn zoon me niet op wil volgen.’
‘Je wist dat ik niet de rest van mijn leven makelaar wilde zijn en ik zou niet weten waarom het bedrijf niet in de familie kan blijven. Je schoonzoon Kees is er toch immers ook nog. Die vindt het makelaarsvak namelijk wel geweldig en is volgens mij heel geschikt om ondernemer te worden. Al weet ik natuurlijk niet of hij dat wil.’
Eriks vader schudt zijn hoofd.
‘Ik heb de zaak jaren geleden van mijn vader overgenomen en hoopte dat het bedrijf altijd onze familienaam zou blijven houden.’
‘Pa, nu klets je als iemand uit de prehistorie. Ten eerste kan het best eens zijn dat Kees het bedrijf onder dezelfde naam voortzet, maar zo belangrijk is dat toch niet. Het gaat er immers om dat hij en Annemiek succes hebben met de zaak en niet of jouw naam nu wel of niet op de gevel staat.’
‘Het gaat om het gevoel, Erik. Kees is een beste vent en een uitmuntende makelaar, maar hij heet Jongman en geen van Eekelen.’
‘Wil je daarmee zeggen dat ik belangrijker voor je ben dan hij?’
‘Jij bent mijn zoon en hij is mijn schoonzoon.’
‘Je maakt dus onderscheid tussen eigen en aangetrouwd. Er zijn veel meer mensen die dat doen, dus heel raar ben je niet. Je valt me echter wel verschrikkelijk tegen. Kees komt namelijk al zeker een jaar of twintig bij jou over de vloer en is een perfecte en vooral goudeerlijke vent. Dus begrijp ik niet waarom je anders naar hem kijkt dan naar mij. Zeker omdat hij een geweldige man voor je dochter en vader voor je kleinkinderen is. Ik zou hier verder ook maar met niemand over praten. Als ik wist dat mijn schoonvader zo over mij praatte als jij nu over Kees doet, kwam ik er namelijk nooit meer en mijn zus zal ook niet blij met je zijn als ze dit hoort.’
Eriks vader kijkt zijn zoon behoorlijk geschrokken aan.
‘Jij bent het dus niet met me eens.’
‘Nee en dat zal mijn moeder toch ook niet zijn.’
‘Daar heb ik dit nog niet mee besproken.’
‘Was het dan niet beter geweest om dat wel te doen. Zij is immers je vrouw en hoort dichter bij je te staan dan ik.’
‘Misschien had ik haar inderdaad eerst moeten inlichten.’
‘Dat weet ik wel zeker.’
Eriks vader is opeens nogal triest gaan kijken en loopt zonder iets te zeggen de deur uit. Erik wil hem eerst achterna gaan, maar besluit dan om dat niet te doen.
Ook niet als hij zijn pa naar buiten ziet lopen en in zijn auto ziet stappen. Hij denkt namelijk wel een beetje te begrijpen wat er in de man zijn hoofd omgaat en is ervan overtuigd dat hij er over een paar uur wel weer is.
Hij krijgt gelijk, want net voor drieën komt zijn vader weer binnen en omdat er verder niemand in de buurt is, begint hij gelijk te praten.
‘Jongen, je hebt me een wijze les geleerd. Ik dacht namelijk veel te ouderwets en moet me niet zo druk maken over die bedrijfsnaam. Gezondheid is immers belangrijker dan aanzien en er is al vaak genoeg over onze naam gepraat. Plus dat de mensen mij beter kunnen vergeten dan dat ik mijn familie vergeet.’
Gelukkig voor Eriks vader willen zijn schoonzoon en dochter het bedrijf graag overnemen en blijft zijn naam ook nog op de voordeur staan.
Reacties
Let op: HTML wordt niet vertaald!