Omschrijving
Als Petra ’s avonds met koffie de kamer binnen komt lopen, krijgt ze de schrik van haar leven. Ze ziet namelijk een politieauto voor de deur stoppen en twee agenten het pad naar hun huis op lopen.
‘Wat zouden die moeten? De kinderen liggen op bed, dus daar kan niets mee zijn en als er wat met onze ouders was, had er wel iemand van de familie gebeld.’
Haar man Ernst geeft geen antwoord, maar loopt naar de deur. Als Petra hem daar met de agenten hoort praten, gaat ze kijken wat er is.
‘Wat is er aan de hand?’
‘Uw man wordt verdacht van een inbraak, mevrouw. Daarom willen we dat hij meegaat naar het bureau om daar verder te praten.’
Petra schrikt vreselijk en heeft het gevoel dat de grond onder haar voeten wegzakt. Toch kan ze niet geloven dat de agenten het goed hebben en daarom begint ze te schreeuwen.
‘Dat kan toch niet waar zijn. Ernst, zeg dan wat. Weten jullie trouwens wel zeker dat je op het juiste adres bent?’
De agenten die er niet op uit zijn om commotie te veroorzaken, zijn, helaas voor haar, echter zeker van hun zaak.
‘We begrijpen uw reactie, maar zijn hier echt wel goed, mevrouw. Het heeft daarom geen zin om hier nog langer te blijven staan.’
‘Waar heeft mijn man dan volgens jullie ingebroken?’
‘Dat vertellen we hem op het bureau. Gaat u mee, meneer? Hoe eerder er duidelijkheid is, des te beter het is. Voor ons, maar ook voor jullie.’
Petra ziet haar man knikken, maar weigert nog steeds om zich bij de situatie neer te leggen.
‘Heb je echt ingebroken, Ernst?’
‘Natuurlijk niet. Ze zien me voor iemand anders aan, maar dat wordt op het bureau wel duidelijk. Over een uur ben ik er wel weer.’
Als Petra haar man en de agenten in de auto ziet stappen, begint ze vreselijk te huilen. Volgens haar kan het gewoon niet zo zijn dat Ernst een inbreker is. Inbreken doe je immers ’s nachts en dan ligt hij altijd naast haar in bed. Al is hij een maandje geleden wel een halve nacht wezen vissen met collega’s. Hoewel ze nooit gehoord heeft of het gezellig is geweest en ze niets hadden gevangen, kan ze zich niet voorstellen dat hij daarover gelogen heeft.
Ze heeft hem immers nog nooit op een leugen kunnen betrappen, dus schaamt ze zich er zelfs een beetje voor haar gedachten. Hij zal dus straks wel bellen om te vragen of ze hem op komt halen. Omdat ze niets hoort, belt ze tegen twaalf uur zelf maar. Daarmee bezorgt ze zichzelf echter een nog veel grotere schrik. Ze krijgt namelijk te horen dat Ernst nog niet naar huis komt en er wordt haar verzocht om morgen voor een paar dagen kleding te brengen.
Vanwege dat laatste begint ze toch aan zijn onschuld te twijfelen. De politie zal hem immers niet zomaar vasthouden en zeker niet langer dan een dag of hooguit twee. Het idee dat ze dus met een inbreker getrouwd is, is een enorme dreun voor haar. Ze weet daarom niets anders te doen dan haar beste vriendin te bellen die er binnen tien minuten is. Met iemand praten lucht haar wel op, maar als ze aan het einde van de volgende dag hoort dat haar man de inbraak bekend heeft, is ze ontroostbaar en stort haar wereld in.
Het eerste wat in haar opkomt is om per direct de scheiding aan te vragen. Als ze het bericht krijgt dat ze bij hem op bezoek mag, is ze eerst dan ook niet van plan om te gaan. Na een paar slapeloze nachten en meerdere gesprekken met haar vriendin, beseft ze echter dat ze, ondanks alles, nog steeds van Ernst houdt en daarom besluit ze hem toch te bezoeken.
Hoewel ze daar enorm tegen opziet, lucht het gesprek in de gevangenis haar heel erg op. Hij is namelijk bijzonder openhartig en vertelt dat hij ingebroken heeft om een gokschuld af te kunnen lossen zonder haar erover in te hoeven lichten.
Plus dat zij en de kinderen op deze manier, in financieel opzicht, ook niet onder zijn domme actie zouden hoeven lijden.
Omdat hij veel spijt heeft van de inbraak heeft en zijn gokavontuur maar tot één keer beperkt is gebleven, besluit Petra het probleem niet groter te maken dan het is. Vooral omdat hij de waarheid heeft verteld en, hoewel hij dat veel eerder had moeten doen, net als iedereen het recht heeft om fouten te maken.
Ze blijft hem daarom trouw bezoeken en telt de dagen af tot hij vrij komt. Als het eindelijk zover is, voelt ze zich ook enorm gelukkig. Het duurt echter niet lang voor de eerste problemen zich aandienen. Ze is namelijk van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat en zelfs ’s nachts bezig om Ernst te controleren.
Als hij weggaat, wil ze precies weten waarheen en ook hoe laat hij er weer is en als hij een minuut te laat is, hangt ze aan de telefoon. Plus dat ze zijn email en appverkeer regelmatig controleert en bij elk telefoontje wat hij krijgt mee probeert te luisteren. Hoewel Ernst de reacties van zijn vrouw wel begrijpt, is hij er toch niet blij mee.
‘Dit gaat zo niet goed. Ik heb een grote fout gemaakt en daarvoor ben ik gestraft. Je hebt het me vergeven, maar vertrouwt me niet meer en dat is geen basis om samen verder te leven. Ik ben eerlijk tegen je geweest, maar kan je het vertrouwen in mij niet geven. Dat zul dus vanuit jezelf moeten komen.’
‘Je hebt gelijk en ik wil je niet wantrouwen. Dat gaat echter vanzelf en ik begrijp je reactie. Het enige wat ik je kan beloven is dat ik ermee aan de slag ga. Ik moet maandag weer naar de psycholoog en dan begin ik erover.’
‘Top. We hebben het er niet meer over.’
Petra houdt woord en zoekt hulp. Dat lijkt te helpen en daarom duurt het niet lang voor hun relatie weer is zoals hij ooit was. Tenminste voor het oog, want een paar maanden later blijkt dat de werkelijkheid toch anders is. Op de dag dat Ernst een dagje fietsen is met zijn zwager, wordt er namelijk net na de middag ingebroken bij twee oude mensen die even weg zijn.
Als Petra dit hoort, wil ze niet aan Ernst denken en om niet te gaan zitten piekeren, begint ze verwoed met de schoonmaak. Dat helpt haar alleen niets, want in gedachten ziet ze continu haar man in de woning van de oudjes rondneuzen. Het gaat zelfs zover dat ze haar schoonzus belt om te vragen of de mannen wel écht zijn gaan fietsen.
Als die tijdens vertelt dat de mannen er net weer aan komen, verbreekt ze met een blij gevoel de verbinding. Die blijdschap duurt echter maar kort, want even later staat Ernst voor haar neus.
‘We moeten praten. Ik weet namelijk dat je Sophie hebt gebeld om te vragen of we wel weg waren en begrijp ook waarom je dat hebt gedaan. Ondanks je goede bedoelingen vertrouw je me dus nog steeds niet. Hoewel ik het vreselijk vind, denk ik daarom dat we toch beter een punt achter ons huwelijk kunnen zetten.’
Petra is vuurrood geworden en rent huilend naar boven. Als ze daar ook tot de conclusie is gekomen dat ze zo niet verder wil, loopt ze naar beneden om met Ernst te praten.
Ze zijn er snel uit en besluiten eerst voorlopig uit elkaar te gaan. Als er drie maanden later bij Ernst zijn werk wordt ingebroken en haar man de eerste is die als dader bij haar opkomt, besluit ze de breuk echter definitief te maken. Dit ondanks dat al snel blijkt dat hij met deze zaak niets te maken heeft.

Blikje juf bedankt roze hart. Leuk kleurig blikje voor de
juf. Om haar te bedanken voor alles. Een klein,
maar waardevol kadootje. Blikje wordt zonder inhoud
geleverd, maar kan door u worden gevuld.
In twee formaten leverbaar.
‘Wat zouden die moeten? De kinderen liggen op bed, dus daar kan niets mee zijn en als er wat met onze ouders was, had er wel iemand van de familie gebeld.’
Haar man Ernst geeft geen antwoord, maar loopt naar de deur. Als Petra hem daar met de agenten hoort praten, gaat ze kijken wat er is.
‘Wat is er aan de hand?’
‘Uw man wordt verdacht van een inbraak, mevrouw. Daarom willen we dat hij meegaat naar het bureau om daar verder te praten.’
Petra schrikt vreselijk en heeft het gevoel dat de grond onder haar voeten wegzakt. Toch kan ze niet geloven dat de agenten het goed hebben en daarom begint ze te schreeuwen.
‘Dat kan toch niet waar zijn. Ernst, zeg dan wat. Weten jullie trouwens wel zeker dat je op het juiste adres bent?’
De agenten die er niet op uit zijn om commotie te veroorzaken, zijn, helaas voor haar, echter zeker van hun zaak.
‘We begrijpen uw reactie, maar zijn hier echt wel goed, mevrouw. Het heeft daarom geen zin om hier nog langer te blijven staan.’
‘Waar heeft mijn man dan volgens jullie ingebroken?’
‘Dat vertellen we hem op het bureau. Gaat u mee, meneer? Hoe eerder er duidelijkheid is, des te beter het is. Voor ons, maar ook voor jullie.’
Petra ziet haar man knikken, maar weigert nog steeds om zich bij de situatie neer te leggen.
‘Heb je echt ingebroken, Ernst?’
‘Natuurlijk niet. Ze zien me voor iemand anders aan, maar dat wordt op het bureau wel duidelijk. Over een uur ben ik er wel weer.’
Als Petra haar man en de agenten in de auto ziet stappen, begint ze vreselijk te huilen. Volgens haar kan het gewoon niet zo zijn dat Ernst een inbreker is. Inbreken doe je immers ’s nachts en dan ligt hij altijd naast haar in bed. Al is hij een maandje geleden wel een halve nacht wezen vissen met collega’s. Hoewel ze nooit gehoord heeft of het gezellig is geweest en ze niets hadden gevangen, kan ze zich niet voorstellen dat hij daarover gelogen heeft.
Ze heeft hem immers nog nooit op een leugen kunnen betrappen, dus schaamt ze zich er zelfs een beetje voor haar gedachten. Hij zal dus straks wel bellen om te vragen of ze hem op komt halen. Omdat ze niets hoort, belt ze tegen twaalf uur zelf maar. Daarmee bezorgt ze zichzelf echter een nog veel grotere schrik. Ze krijgt namelijk te horen dat Ernst nog niet naar huis komt en er wordt haar verzocht om morgen voor een paar dagen kleding te brengen.
Vanwege dat laatste begint ze toch aan zijn onschuld te twijfelen. De politie zal hem immers niet zomaar vasthouden en zeker niet langer dan een dag of hooguit twee. Het idee dat ze dus met een inbreker getrouwd is, is een enorme dreun voor haar. Ze weet daarom niets anders te doen dan haar beste vriendin te bellen die er binnen tien minuten is. Met iemand praten lucht haar wel op, maar als ze aan het einde van de volgende dag hoort dat haar man de inbraak bekend heeft, is ze ontroostbaar en stort haar wereld in.
Het eerste wat in haar opkomt is om per direct de scheiding aan te vragen. Als ze het bericht krijgt dat ze bij hem op bezoek mag, is ze eerst dan ook niet van plan om te gaan. Na een paar slapeloze nachten en meerdere gesprekken met haar vriendin, beseft ze echter dat ze, ondanks alles, nog steeds van Ernst houdt en daarom besluit ze hem toch te bezoeken.
Hoewel ze daar enorm tegen opziet, lucht het gesprek in de gevangenis haar heel erg op. Hij is namelijk bijzonder openhartig en vertelt dat hij ingebroken heeft om een gokschuld af te kunnen lossen zonder haar erover in te hoeven lichten.
Plus dat zij en de kinderen op deze manier, in financieel opzicht, ook niet onder zijn domme actie zouden hoeven lijden.
Omdat hij veel spijt heeft van de inbraak heeft en zijn gokavontuur maar tot één keer beperkt is gebleven, besluit Petra het probleem niet groter te maken dan het is. Vooral omdat hij de waarheid heeft verteld en, hoewel hij dat veel eerder had moeten doen, net als iedereen het recht heeft om fouten te maken.
Ze blijft hem daarom trouw bezoeken en telt de dagen af tot hij vrij komt. Als het eindelijk zover is, voelt ze zich ook enorm gelukkig. Het duurt echter niet lang voor de eerste problemen zich aandienen. Ze is namelijk van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat en zelfs ’s nachts bezig om Ernst te controleren.
Als hij weggaat, wil ze precies weten waarheen en ook hoe laat hij er weer is en als hij een minuut te laat is, hangt ze aan de telefoon. Plus dat ze zijn email en appverkeer regelmatig controleert en bij elk telefoontje wat hij krijgt mee probeert te luisteren. Hoewel Ernst de reacties van zijn vrouw wel begrijpt, is hij er toch niet blij mee.
‘Dit gaat zo niet goed. Ik heb een grote fout gemaakt en daarvoor ben ik gestraft. Je hebt het me vergeven, maar vertrouwt me niet meer en dat is geen basis om samen verder te leven. Ik ben eerlijk tegen je geweest, maar kan je het vertrouwen in mij niet geven. Dat zul dus vanuit jezelf moeten komen.’
‘Je hebt gelijk en ik wil je niet wantrouwen. Dat gaat echter vanzelf en ik begrijp je reactie. Het enige wat ik je kan beloven is dat ik ermee aan de slag ga. Ik moet maandag weer naar de psycholoog en dan begin ik erover.’
‘Top. We hebben het er niet meer over.’
Petra houdt woord en zoekt hulp. Dat lijkt te helpen en daarom duurt het niet lang voor hun relatie weer is zoals hij ooit was. Tenminste voor het oog, want een paar maanden later blijkt dat de werkelijkheid toch anders is. Op de dag dat Ernst een dagje fietsen is met zijn zwager, wordt er namelijk net na de middag ingebroken bij twee oude mensen die even weg zijn.
Als Petra dit hoort, wil ze niet aan Ernst denken en om niet te gaan zitten piekeren, begint ze verwoed met de schoonmaak. Dat helpt haar alleen niets, want in gedachten ziet ze continu haar man in de woning van de oudjes rondneuzen. Het gaat zelfs zover dat ze haar schoonzus belt om te vragen of de mannen wel écht zijn gaan fietsen.
Als die tijdens vertelt dat de mannen er net weer aan komen, verbreekt ze met een blij gevoel de verbinding. Die blijdschap duurt echter maar kort, want even later staat Ernst voor haar neus.
‘We moeten praten. Ik weet namelijk dat je Sophie hebt gebeld om te vragen of we wel weg waren en begrijp ook waarom je dat hebt gedaan. Ondanks je goede bedoelingen vertrouw je me dus nog steeds niet. Hoewel ik het vreselijk vind, denk ik daarom dat we toch beter een punt achter ons huwelijk kunnen zetten.’
Petra is vuurrood geworden en rent huilend naar boven. Als ze daar ook tot de conclusie is gekomen dat ze zo niet verder wil, loopt ze naar beneden om met Ernst te praten.
Ze zijn er snel uit en besluiten eerst voorlopig uit elkaar te gaan. Als er drie maanden later bij Ernst zijn werk wordt ingebroken en haar man de eerste is die als dader bij haar opkomt, besluit ze de breuk echter definitief te maken. Dit ondanks dat al snel blijkt dat hij met deze zaak niets te maken heeft.

Blikje juf bedankt roze hart. Leuk kleurig blikje voor de
juf. Om haar te bedanken voor alles. Een klein,
maar waardevol kadootje. Blikje wordt zonder inhoud
geleverd, maar kan door u worden gevuld.
In twee formaten leverbaar.