0,00

Excl. BTW: €0,00

Excl. BTW:
€0,00
Model:
buitenkant-en-binnenkant-verhalen
Bestellen
Omschrijving

Inhoud:
1. Aanvallen of punten?
2. Afspraak is afspraak
3. Ajax, Feyenoord of wij?
4. Alle kinderen mogen voetballen
5. Bas heeft kapotte voetbalschoenen
6. Ben ik niet belangrijk voor de club?
7. Ben ik te oud of wil de trainer me kwijt?
8. Clubbelang gaat voor eigenbelang
9. Clubmensen
10. De draad weer oppakken
11. De naam van mijn club
12. De scheidsrechter als twaalfde man
13. De scheidsrechter is mijn zoon
14. De scheidsrechters worden niet gesteund
15. De trainer is ook maar een mens
16. De trainer mag mij niet
17. De trainer vertrekt
18. Douchen kan een drama zijn
19. Draait jeugdvoetbal alleen om winnen?
20. Een keeper is soms eenzaam
21. Frank wil een betere voetballer worden
22. Geld of clubliefde?
23. Heeft de TC een fout gemaakt?
24. Het gaat steeds beter met de meisjes
25. Het hoeft niet mooi te zijn
26. Het is niet altijd de trainer zijn schuld
27. Het verkeerde ‘wij’ gevoel
28. Iedereen vindt Tjalling te slecht
29. Ik ben de trainer en dus de baas
30. Ik ben er ook nog
31. Ik fluit hen niet meer
32. Ik heb het niet breed
33. Ik schaam me voor je
34. Ik wil geen twee keer trainen
35. Lastige mensen maken de club beter
36. Liever spelen in het 2e dan wissel bij het 1e
37. Mijn kind zit op een teamsport
38. Moet de club beter worden of leuk blijven?
39. Moet ik voor mijn kind of mijn club gaan?
40. Ook vrijwilligers moeten zich gedragen
41. Paniekvoetbal
42. Plezier en presteren
43. Presteren is niet voor iedereen belangrijk
44. Punten voor het team verdienen
45. Ron zou een topper kunnen worden


Inhoud:
1. Scheidsrechter Kees is de grote winnaar
2. Sportiviteit blijft onbeloond
3. Sportiviteit is belangrijker dan winnen
4. Steun de club, maar vergeet jezelf niet
5. Van zeuren wordt de club niet beter
6. Voetbal afgelast. Leuk of vreselijk?
7. Voetballen doe je niet alleen met je voeten
8. Waarom Leo geen voetbalvriendjes heeft
9. We hebben geen leider
10. Wie vlagt er vandaag?
11. Wilco stottert
12. Alles naar het eerste
13. Als het alleen om winnen gaat
14. Club en privé gescheiden houden
15. Clubs moeten kinderen iets bieden
16. Wij bepalen wat goed is voor onze kinderen
17. De juiste mensen steunen
18. De spits van het eerste
19. De voorzitter heeft toch geen vrienden
20. De voorzitter kan er beter mee stoppen
21. Een club runnen is niet altijd gemakkelijk
22. Een vervelende sponsor
23. Geef geen kritiek, maar steun
24. Geen club in de club worden
25. Geen leider betekent niet voetballen
26. Geen vrouwen in het bestuur
27. Het bestuur wordt bedreigd
28. Het indelen verloopt niet altijd eerlijk
29. Hoe vrijwillig is vrijwilligerswerk
30. Ik kan niet meer tegen de kritiek
31. Moet de trainer goed of aardig zijn?
32. Moet het bestuur zich laten chanteren?
33. Moeten de voetballers alles te zeggen krijgen?
34. Naar het eerste of in de JO19 blijven?
35. Nu degraderen of straks promoveren?
36. Polderen in de voetballerij
37. Samen houden we de club gezond
38. Vriendenteams
39. Wat doen we met onze talenten?
40. Wat is de rol van de sponsor?
41. Wie betaalt, bepaalt niet alles
42. Winnen kan ook heel belangrijk zijn
43. Word Jos beloond?
44. Afgelast
45. De club is geen kindercrèche


Inhoud:
1. De club van pa
2. De grootste mond mag nooit winnen
3. De indelingen klaar, maar geen ouder is tevreden
4. De leiding bepaalt en niet de ouders
5. De regels gelden ook voor topvoetballers
6. Denk niet negatief, maar positief
7. Een jeugdleider kan niet zonder ouders
8. Een keuze met vervelende gevolgen
9. Een ontevreden vader
10. Een trainer met tijdgebrek
11. Erwin moet op voetballen
12. Jantje vindt corona niet alleen erg
13. Jeugd en ouders
14. Kinderen en negatieve ouders
15. Kinderen houden van complimenten

16. Kinderen maken geen onderscheid
17. Kwaad worden lost meestal niets op
18. Lex wordt geweigerd vanwege zijn handicap
19. Mijn zoon is veel beter dan jij denkt
20. Mijn zoon moet in de JO11-1
21. Ouders hebben ruzie, maar kinderen zijn de dupe
22. Ouders, doe het dan zelf
23. Pa is weer dronken
24. Pa probeert zijn zoon in de jo13-1 te praten
25. Pa wil ouder, leider en trainer zijn
26. Papa, mag ik op voetballen
27. Piet doet zijn zoon verdriet
28. Veel ouders hebben boter op hun hoofd
29. Verkeerde positie
30. Voetballer vlucht voor papa
31. Wil je niet meer zoveel drinken?


Inhoud:
1. Brand en verzekering
2. Dakloos
3. Dan maar in de auto slapen
4. Dat rijbewijs haal ik wel even
5. De beste stuurlui
6. De buurvrouw ziet er niet uit
7. Echt of namaak?
8. Een andere mening
9. Een eerlijke agent
10. Een eind aan iemands leven
11. Een gesprek over 79 jaar geleden
12. Een mening is niet altijd gemakkelijk
13. Een overval duurt langer dan velen denken
14. Eenzaam en alleen
15. Foto, wraak en jaloezie
16. Het gras bij de buren
17. Het platteland veranderen
18. Het rechte pad is soms heel smal
19. Hoe los ik deze problemen ooit op
20. Ik ben anders
21. Ik ben familie en heb meer rechten
22. Ik ken de dader
23. Ik voel me niet meer veilig
24. Ik zie het niet meer zitten
25. Is regen een ramp of alleen jammer?
26. Jeugd maakt fouten, maar is niet slecht
27. Kerst kan iets met je doen
28. Kerstfeest of kerstverdriet?
29. Last van de buren
30. Liever een slechtere man
31. Met je familie moet je wandelen
32. Mijn moeder is een bedriegster
33. Mijn oude moeder
34. Mijn vader weet het niet meer
35. Niet achter willen blijven
36. Niet iedereen kan delen
37. Ongezond of gezeur?
38. Pensioen en toen?
39. Ruim je afval op
40. Spanning om de zorg
41. Toen ik won had ik vrienden
42. Vakantieplezier
43. Vechten is een teken van zwakte
44. Vrienden en echte vrienden
45. Vrijheid van meningsuiting of bedreiging?


Inhoud:
1. Vroeger was niet alles beter
2. Waarom val ik niet af?
3. Was ik maar op school gebleven
4. Wat is bedreigen?
5. Zijn wij broer en zus?
6. Zoon of schoonzoon?
7. De buurvrouw of mijn man?
8. Haar opleiding was te laag
9. Is het niet te snel voor een ander?
10. Kunnen opa en oma bij elkaar blijven?
11. Met Kerst voel ik me alleen
12. Mijn been of haar hart?
13. Mijn meisje heeft een meisje
14. Uiterlijk of innerlijk?
15. Vergeten of vergeven en vertrouwen?
16. Wat zullen de mensen ervan zeggen?
17. Wie neem je in vertrouwen?
18. Wie wil mij nou?
19. De boze wolf
20. De kat van de buren
21. Een droevig einde van de boerderij
22. Een hond en zijn baasjes redden elkaar
23. Een huisdier of een gezinslid?
24. Een rustige verjaardag door stikstof
25. Het bijtincident
26. Het recht van de sterkste hond
27. Het was niet ’maar’ een hondje
28. Ik wil mogen en niet moeten
29. Je verstand of je hart volgen?
30. Liefde, trots of verstand?
31. Meisje wil haar schaap beschermen
32. Mens zijn en mens blijven
33. Mensen of de wolf?
34. Mijn arme Tommy
35. Mijn hond of mijn vriend?
36. Moet ik Remkes nu wel of niet vertrouwen?
37. Politiek, vertrouwen en een landbouwakkoord
38. Vuurwerk of huisdieren?
39. Wat ben je aan het doen, papa?
40. Ben ik minder dan mijn zus?
41. De kinderen van mijn vriendin
42. Een aardje naar zijn vaartje
43. Een dubbeltje kan best een kwartje worden
44. Een dwaze vader
45. Een moeder




Inhoud:
1. Een tweede kans
2. Geen woorden, maar daden
3. Gewoon is veel leuker dan luxe
4. Het slechte voorbeeld
5. Vermist

6. Het telefoontje van een vermiste
7. Het vakantieverdriet van een kind
8. Hoe bedanken we onze ouders?
9. Ik ben mijn vader en moeder niet
10. Ik wil bij mama blijven
11. Ik wil dat papa bij mama blijft
12. Is mijn vaders wil wet of toch niet?
13. Jim heeft moeite met school
14. Kerst of klimaat?
15. Loopt mijn oogappel gevaar?
16. Mees heeft honger
17. Meisjes en veiligheid
18. Merel is zeventien
19. Met je handen werken
20. Mijn echte moeder
21. Mijn kinderen of mijn nieuwe vriend?
22. Mijn meisje komt uit Polen
23. Mijn toekomst of mijn ouders?
24. Mijn vader
25. Mijn vader slaat
26. Niet willen en niet kunnen studeren
27. Onveilig of eigen schuld?
28. Onze kleinkinderen niet meer zien
29. Ouders verstaan geen dialect, maar kinderen wel
30. Pesten kan ook fijne gevolgen hebben
31. Sparen of zomaar krijgen?
32. Stelen voor je kinderen
33. Studeren of geld verdienen?
34. Verantwoordelijk voor mijn kinderen
35. Verbeter de wereld
36. Wie zijn mijn ouders?
37. Willen vergeven is mooi
38. Ze vinden me een schooier
39. Bang voor de toekomst
40. De vrijdagmiddagborrel
41. Drank maakt niet alles kapot
42. Een aanrijding met grote gevolgen
43. Gaat Karel toch weer drinken?
44. Goede voornemens of mooie woorden?
45. Ik rij prima met drank op


Inhoud:
1. Ik wil een ander leven
2. Je raakt niet zomaar verslaafd
3. Mijn meisje haar vader
4. Vluchten voor de politie
5. Vuurwerk, drank of opvoeding?
6. Amper nog geld voor boodschappen
7. Een oude vrouw krijgt hulp
8. Geen cadeautje voor mijn zoontje
9. Geen geld voor de dokter
10. Heel veel geld
11. Ik had niet moeten gaan ondernemen
12. Is de welvaart echt of schijn?
13. Is verduurzamen alleen iets voor welgestelden?
14. Kachel kapot
15. Mam, we gaan naar Duitsland
16. Meer rekeningen dan geld
17. Meer, meer, meer of een keer genoeg?
18. Mijn ouders hebben geen geld meer
19. Niet met vakantie
20. Opa en oma hebben het koud
21. Sommige ouders moeten wel veel werken
22. Verborgen ellende
23. Voor het goedkoopste gaan
24. Vuurwerk kost toch geld?
25. Burgers moeten de politiek vertrouwen
26. Een permanente wooncrisis
27. Een politicus is ook een mens
28. Er geen streep onder kunnen zetten
29. Ga je nog stemmen?
30. Iedereen wil ergens wonen
31. Ik durf niet meer te slapen
32. Ik was mijn emoties niet de baas
33. Onervaren mensen kunnen iets leren
34. Wil je een paleis of een thuis?
35. Woningarmoede en welvaart
36. In een kooitje wordt niemand groot
37. In het westen wonen gewone mensen
38. Mijn vrouw en de goot of mijn gezondheid?
39. Alle dagen samen en constant alleen
40. Waarom krijg ik nooit iets?
41. Ik baal van mijn vader
42. Jippy heeft me iets duidelijk gemaakt
43. Het roer om of half om?
44. Roddelen kan veel kapotmaken
45. Die man mag hier niet wonen


Inhoud:
1. Jip en Janneke
2. Een kort lontje en lange vingers
3. Pa is boos op de meester
4. Niet iedere vrouw kan hetzelfde
5. Grensoverschrijdend en vervelend gedrag
6. Ik wil niet bij papa weg
7. Ik heb echt wel verstand
8. Er hoeft niets aan dat kruispunt te gebeuren